
Het lukte me niet om te zwijgen vanmorgen. Toen een vrouw letterlijk mijn dochter aan de kant schoof omdat ze ergens bij moest, hoorde ik het mezelf zeggen... in die drukke winkel. Ik zei, zacht, maar hoorbaar: 'Wat zijn we toch weer vriendelijk voor elkaar. Het is hartverwarmend'. Ik hoorde zowel gekreun als gegrinnik. De ene helft is het ermee eens, de andere helft denkt wellicht: 'ksst', of erger.
In een speeltuintje, mijn dochter op blote voetjes en een vogeltje bij de bessenstruik, kwam ik tot mezelf. Het speeltuintje is niet veel soeps, daarom waren wij er alleen. Natuurlijk legde ik de link tussen onaardigheid, drukte en haast. Mensen willen. Plannen. Meer. Het moet. Resultaat: ontevreden. Gevoel van falen. Gevoel van beklemming.
Ik dacht: hoe zalig de onwetendheid van de 'ik zie wel' mentaliteit.
Heb je er zin in? Ik zie wel.
Ga je het halen? Ik zie wel.
Geloof je dat? Ik zie wel.
Kan je je leven blijven leven, vredig, zonder iets te weten? Is het geheim van vrede juist het loslaten van de 'zo moet het gaan' mentaliteit? Het vele 'moeten' maakt ons nors en onaardig wellicht... Maar dat 'moet' natuurlijk niet.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten